Art. III.1-31. - De werkgever zorgt ervoor dat er op de arbeidsplaats voldoende daglicht binnenkomt en dat indien dit niet mogelijk is, er een adequate kunstverlichting aanwezig is.
Art. III.1-32. - De werkgever bepaalt, op grond van de resultaten van een risicoanalyse, aan welke voorwaarden de verlichting van de arbeidsplaatsen, al dan niet in open lucht, evenals van de werkposten moet beantwoorden teneinde ongevallen door de aanwezigheid van voorwerpen of hindernissen en vermoeidheid van de ogen te voorkomen. De werkgever die de vereisten van de norm NBN EN 12464-1 en de norm NBN EN 12464-2 toepast bij het bepalen van de voorwaarden inzake verlichting wordt, vermoed te hebben gehandeld in overeenstemming met het eerste lid. Wanneer de werkgever de normen bedoeld in het tweede lid niet wenst toe te passen, moet de verlichting tenminste beantwoorden aan de voorwaarden die zijn vastgesteld in bijlage III.1-2.
Art. III.1-33. - Arbeidsplaatsen waar werknemers bij het uitvallen van de kunstverlichting aan een verhoogd risico zijn blootgesteld, zijn uitgerust met een verlichting die bijdraagt aan de veiligheid van de personen die bezig zijn met een mogelijk gevaarlijke activiteit of zich in een mogelijk gevaarlijke situatie bevinden en die het hen mogelijk maakt een gepaste afsluitprocedure uit te voeren voor de veiligheid van de bediener en andere aanwezigen in het gebouw. De sterkte van deze verlichting mag niet minder zijn dan 10% van de normaal vereiste verlichtingssterkte voor de betreffende taak.
Als voor alle bepalingen uit de norm de voorgestelde richtwaardes gehaald worden dan kan verondersteld worden dat de verlichting volgens de goede praktijk ontworpen is. Zelfs wanneer bijzondere omstandigheden van toepassing zijn moet de werkgever altijd kunnen aantonen dat het visueel comfort en de veiligheid van zijn werknemers op ieder moment gewaarborgd is.
Om ervoor te zorgen dat een verlichtingsinstallatie in een concrete situatie zodanig is ontworpen dat het visueel comfort en de prestatie van werknemers op de werkplek gegarandeerd worden, is het sterk aanbevolen om de norm NBN EN 12464-1 in het lastenboek op te nemen, samen met de nodige specificaties voor het project. Deze bijzondere bepalingen in het lastenboek betreffen bijvoorbeeld de types taken en activiteiten, de ruimtelijke organisatie van de werkposten, de bezettingsperiodes, de wensen in verband met functionaliteiten van de regelsystemen, en zelfs indien nodig de speciale kenmerken of eisen van de werknemers.
De norm geeft richtlijnen voor verschillende parameters die belangrijke aandachtspunten zijn voor visueel comfort, zoals verlichtingssterktes, lichtrichting, daglicht, kleureigenschappen, verblindingsrisico’s, lichtontwerp en mogelijkheden voor integratieve verlichting. Deze richtlijnen zijn van toepassing op alle werkposten in binnenruimtes. Ze hebben in ieder geval geen betrekking op de noodverlichting, de verlichting van sportvelden of de verlichting van kunstwerken, die in specifieke normatieve documenten worden beschreven.
De criteria en richtwaardes uit de norm hebben als doel om visueel comfort te verzekeren, maar werden niet direct vastgelegd om op lange termijn positieve effecten voor de mensen op te wekken. Invloed van licht op de gezondheid en welzijn werd wel verder verduidelijkt in de nieuwe bijlage (Annex B).
Algemene achtergrondinformatie over hoe licht inwerkt op het biologisch, lichamelijk, cognitief en emotioneel functioneren kan men vinden in het technisch rapport ISO/CIE TR 21783 en de gids 'Human Centric Lighting - mogelijkheden benutten of bang afwachten?'
Auteurs: Sara Kindt, Eowyn Van de Putte, Lore Vandevivere, Wouter Ryckaert - publicatie 19 november 2020
Je kan de publicatie rechtstreeks als pdf downloaden via Human Centric Lighting: Human Centric Lighting
Een correcte verlichting van werkplekken is essentieel voor onze veiligheid, comfort en kan bijdragen tot het welzijn. De Europese norm voor de verlichting van binnenwerkplekken, NBN EN 12464-1, beschrijft de specifieke voorwaarden waaraan de verlichting van een omgeving bestemd voor werknemers zou moeten voldoen om visueel comfort en prestaties te verzekeren.
De prestatieniveaus verschillen in functie van de visuele taken en zijn opgesteld voor personen met een normaal, of tot normaal gecorrigeerd, zichtvermogen. In 2021 verscheen een herziening van de Europese norm EN 12464-1. Deze nieuwe versie bevat enkele belangrijke aanpassingen ten opzichte van de norm gepubliceerd in 2011.
Gezien deze aanpassingen en ook omdat niet alle aspecten van het verlichtingsproject in detail kunnen beschreven worden in een normatief document, is extra duiding nodig bij de norm voor een kwaliteitsvol verlichtingsontwerp. Dit toelichtingsdocument heeft als doel om concrete richtlijnen en interpretaties te geven die complementair zijn aan de algemene eisen en aanduidingen uit de norm. Hieronder kunt u de praktijkgids downloaden voor verlichting van binnenwerkplekken.
Download en bekijk de handige praktijkgids over de norm NBN EN 12464-1
Downloads
IBE-BIV
Meer informatie over de normen aangaande verlichting kan je ook terugvinden via het Belgisch Instituut voor Verlichtingskunde (IBE-BIV). Deze heeft tot doel zich toe te leggen op alle wetenschappelijke of technische activiteiten met betrekking tot zowel natuurlijke als kunstmatige verlichting.
Meer wetenopleiding NBN-EN 12464-1
Vanuit het Laboratorium voor Lichttechnologie en vzw Groen Licht Vlaanderen, i.s.m. IBE-BIV is er ook een opleiding voorzien rond dit thema, waarbij we de cursist laten ontdekken hoe belangrijk visueel comfort is voor werknemers. Ze verdiepen je in de bijzondere eisen die vastgelegd werden binnen de recente revisie van de norm voor verlichting op de werkplek (Binnenwerkplekken) NBN-EN 12464-1 (2021).
Meer weten